Top
  >  Fietsavontuur   >  Een rondje Noorwegen in twee weken
Rick en Sven, Bikkels on Bikes, op fietsavontuur in Noorwegen

Tijdens onze vorige reis hebben we de kou overwonnen van Engeland en Schotland. Dit keer was het tijd om meer te genieten en ergens heen te gaan met mooie natuur. De twee grootste kandidaten waren Noorwegen en de Schotse hooglanden. Omdat we tijdens onze vorige reis al in Schotland waren geweest leek het ons leuker om nu naar Noorwegen te gaan. Tijdens de reis in Noorwegen willen we oefenen met koken op een pitje.

Zowel Rick als ik zijn nog nooit in Noorwegen geweest. Voor onze reis horen we al van veel mensen dat het een prachtig land is dat zeker niet teleur zal stellen. Ons idee is om een retourtje te boeken naar Oslo en vanaf daar een rondje maken van twee weken. We kozen voor Oslo, omdat dit verreweg de goedkoopste optie was. Kijkend naar de plaatjes van Noorwegen begon het iedere keer te kriebelen en groeide het enthousiasme om te gaan.

Dag 1

3 uur ‘s nachts, de wekker gaat en ik schrik mij rot. Ik rol mijn bed uit en probeer wat te ontbijten. De laatste keer dat ik op dit tijdstip zat te eten schoof ik een kapsalon naar binnen en die ging een stuk makkelijker dan de boterhammen van nu… Iets later kwamen Rick en zijn vader mij ophalen om naar Schiphol te gaan. Onze fietsen gingen mee naar Noorwegen in grote kartonnen dozen. Deze dozen mochten met inhoud 23 kg wegen. Ik dacht dat ik daar meer dan genoeg aan had en bijna al mijn spullen in de doos kwijt kon. Na veel wegen, spullen uit de doos halen en ergernis, kwam ik op 23,5 kg. Shit nog een halve kilo te veel… Alles nagelopen en eigenlijk kon er niks meer uit. In een wanhoops brainstorm besloot ik om de spatborden thuis te laten in de hoop dat het twee weken droog zou blijven. 22,9 kg, perfect!

Rick zijn zus Rachel werkt als stewardess bij KLM en kon regelen met de planning dat ze ons naar Noorwegen kon brengen. Onwijs gaaf dat we weggebracht werden door een bekende. Voordat we het vliegtuig in gingen, liep het niet allemaal zoals gepland. Rick zijn doos was net iets te zwaar, maar mocht toch gelukkig mee. De dozen vielen bijna van de band af waarmee ze het vliegtuig in gingen. Net voordat we het vliegtuig in gingen was Rick zijn boarding pas kwijt. Gelukkig kwam het allemaal goed en konden we bij Rachel instappen. Dat Rachel ons vloog had ook grote voordelen, want om half 8 ’s ochtends ging de eerste goudgele rakker al open terwijl we in business class een warme tosti zaten te eten.

Eenmaal in Noorwegen was het zaak om de fietsen uit te pakken en in elkaar te zetten. Toch even spannend tijdens het uitpakken of er niks beschadigd is, maar dat was niet het geval. Na het in elkaar zetten van de fietsen, hadden we het dilemma waar we de dozen moesten laten. Het liefst ergens zodat we ze kunnen hergebruiken op de terugweg. Eerst even binnen kijken of we ze ergens mogen stallen en anders verstoppen we ze in de bosjes met de hoop dat niemand ze zou vinden. Echter, na het binnen zoeken voor een plek waren de dozen buiten al weggehaald en zagen we ze nooit meer terug.

Vanaf het vliegveld gingen we eerst naar de stad Oslo. Dit ging door een zeer groen glooiend landschap en wat meteen opviel, is dat alle huizen vrijstaand zijn en er heel veel mensen buiten zijn. Onderweg naar de stad hebben we bij een tankstation een benzine tank gevuld die gebruikt werd om mee te koken. Later in Oslo realiseerde ik me dat ik mijn pinpas had laten liggen bij het tankstation. Het was een behoorlijk stuk terug en we besloten om hem te blokkeren en te laten liggen.

In Oslo was het vrij druk vanwege het mooie weer. Omdat we allebei niet zo houden van het fietsen in grote steden zijn we in een paar uurtjes alle hoogtepunten afgegaan en gingen we weer verder. Na de stad begon het al laat te worden en zochten we naar een slaapplek. Op de kaart zagen we langs de weg een groot meer met een wandelpad erlangs. Perfect om naartoe te gaan en het was na even zoeken raak voor een kampeerplek. Hier hebben we de tenten opgezet, gezwommen, gekookt, gegeten maar vooral genoten van de mooie plek. Samen zittend op een bankje aan het meer, spraken we de dag door met op de achtergrond een waterval. En dan te bedenken dat het vanaf hier alleen maar mooier en mooier wordt. Man man man wat ben ik enthousiast voor de aankomende twee weken.

DAG 2

Omdat we gisteren een kort nachtje hadden gehad voor het vliegen, mochten we van onszelf ’s ochtends uitslapen. Langzaam werden we wakker met het geluid van de waterval op de achtergrond. Zodra we de tenten open ritsten, vielen de eerste zonnestralen op ons en werden we heerlijk relaxed wakker. Onder het genot van een boterhammetje met kaas pakte we onze spullen in, we blijven immers toch Hollanders. Nog even de biedons vullen onder de waterval en we konden op avontuur.

Hier in Noorwegen is het niet vaak zo warm als dat wij het troffen en je merkt dat de Noren daar ook meteen van genieten. Zo fietsten we langs een meer met een vlot in het midden. Rond het meer lagen veel mensen te genieten in de zon en de jongeren zwommen naar het vlot om daar te chillen. Het overgrote deel van het jaar is het koud en kil met veel neerslag.

Aan het begin van de dag fietsten we door redelijk stedelijk gebied. Niet te vergelijken met Nederland want letterlijk alle huizen zijn vrijstaand, maar voor Noorse begrippen is het stedelijk. Hoe verder we in de dag komen, hoe minder huizen er zijn en we gaan steeds meer de natuur in. In één van de dorpen waar we doorheen fietsten, kwamen we over een brug met uitzicht over de rivier. Een brede rivier waar het water niet hard lijkt te stromen, in de verte zien we een tweede brug en op de achtergrond zien we de eerste bergen. “Wow moet je kijken!” “Sneeuw op de bergen!” We waren meteen enthousiast want dat was ook de kant die wij ongeveer opgingen.

In één van de andere dorpjes haalden we eten voor de rest van de dag en voor de volgende ochtend. Dat is eigenlijk hoe we het de hele reis proberen te doen. Eén keer per dag boodschappen doen en proberen om de kosten laag te houden. In Noorwegen is alles over het algemeen iets duurder dan in Nederland en we wilden oefenen met op de centjes letten.

Onderweg hadden we onze eerste lekke band. Rick fietst met tubeless banden, dan zit er een speciale vloeistof in je band waardoor het gat vanzelf dicht gaat als je blijft fietsen. Hartstikke mooi systeem waardoor je niet je binnenband hoeft te vervangen en gewoon door kan blijven gaan. De eerste lekke band was dan ook zonder iets te doen gefixt. Iets later hoorden we dat dezelfde band weer lek was. Omdat het gat nu een stuk groter was, liep er een deel van de vloeistof uit. Dit is een soort fel blauwe smurrie die heel Rick zijn fiets smerig maakte. Omdat het gat te groot was voor de vloeistof om te dichten, doe je in het gat eerst een stuk rubber. Dit stukje rubber noemen ze een plug en door die plug kan het gat wel weer gedicht worden door de vloeistof. Ik wist ook niet hoe het werkte en zag voor het eerst hoe Rick dit deed. Met een pincet pakte hij de plug en stak hem in zijn band. Voor mij leek het alsof hij heel zijn band kapot maakte, maar goed hij is fietsenmaker en zal wel weten waar hij mee bezig is. Het zal je niet verbazen maar het bleek dat mijn persoonlijke fietsenmaker ook echt wist wat hij deed, want er kon weer verder gefietst worden.

Na de nodige kilometers was het tijd om weer een slaapplek te zoeken. We gebruikten dezelfde tactiek als gisteren en vonden op google maps een meertje waar we aan wilden staan. Aangekomen bij het meer, was er een bospaadje dat langs het meer liep, maar deze werd afgesloten met een slagboom. Bad boys als we zijn, hadden we toch besloten om een kijkje te gaan nemen. Langs een huis gefietst in de hoop dat we niet waren gespot over het bospad naar het water. Eenmaal bij het water vonden we aan het einde van het pad een vlak stuk om onze tenten op te zetten.

Vanaf de plek waar we onze tenten stonden, zagen we een paar rotsen langs het meer waar we op konden zitten. Na het eten gingen we erheen om even te genieten van de mooie natuur. Voor ons was het water prachtig vlak, net een spiegel met in het water ook de bomen en bergen van boven het meer. De zon verdween langzaam, maar de rots waar we op zaten was nog warm omdat de zon er de hele dag op had gestaan.

DAG 3

Via het bospad van gisteren, zijn we weer terug omhoog gefietst naar de weg. Op dit bospad kroop een klein slangetje door stenen en die kroop snel weg toen we dichterbij kwamen. Eenmaal terug bij de weg, gingen we snel op zoek naar water want dat was bijna op. Dit konden we gelukkig vrij snel bijvullen onder een waterval.

Op de route lag een oude houten kerk, gebouwd rond het jaar 1200. Niet een hele grote kerk maar wel heel mooi authentiek. We konden de kerk niet in maar mochten wel om de kerk heen wandelen. Hier waren veel kleine houtpatronen gegraveerd, iets wat enorm veel werk is geweest, werkelijk prachtige details. In de tijd dat de kerk open ging, heerste er veel bijgeloof rond deze kerk. Iedere groep mensen moest door een eigen ingang naar binnen, anders zouden ze vervloekt worden. De mannen via de zuidingang, de vrouwen noord, de vrouwen met hun kinderen west en de priester via de oost ingang.

Boodschappen doen is niet één van de meest spraakmakende momenten van de dag om een stukje over te schrijven. Vandaag wil ik toch even een beeld geven en het culinaire brein van Rick in het zonnetje zetten. Tijdens onze reis halen we regelmatig een pakje kaas, ondanks dat het in het warme weer niet echt te bewaren is. De pakjes die we halen eten we dan ook binnen een dag op omdat het anders gaat zweten. Vandaag zaten we na de supermarkt onze boterhammen te eten en we hadden net weinig kaas voor de hoeveelheid boterhammen. Rick ging de supermarkt in om een dipje te scoren om op de laatste paar boterhammen te smeren. Kwam Rick vol trots terug met een bakje dip, had hij hollandaise saus gehaald… Hollandaise is hartstikke lekker over bijvoorbeeld asperges maar op een boterham is het eigenlijk maar een zure gelei. Geen succes, wel gelachen.

Onze tweede lunch was op één van de mooiste uitzichtpunten over de vallei. Het was een dag vol oude verhalen, zo ook hier. De legende gaat dat de vallei vroeger onder water stond. Aan de linkerkant stond een kasteel met een man die een vrouw leuk vond die aan de rechterkant woonde in een kasteel. De vrouw wilde pas trouwen wanneer ze lopend naar elkaar konden. De man is dagenlang gaan bidden in een grot en wonder boven wonder kwam de vallei droog te staan waarna ze samen verder konden leven.

Op google maps hadden we weer een meer gevonden waar we aan wilden slapen. Ditmaal stuiten we op veel goede plekken maar allemaal met een bordje “no camping”. Super frustrerend want het waren echt mooie plekken. Na lang zoeken, zagen we een vlak stuk met een vissershutje erop. Wij gingen er naartoe en tot onze grote blijdschap stond er dit keer geen bordje. Op deze plek hadden we een privé strand, een picknick tafel en een eiland in het meer. “Zullen we het eiland veroveren?” Nog geen minuut later stonden we allebei in onze onderbroek klaar om naar het eiland te zwemmen. Nog geen twee stappen in het water bleek het toch extreem koud te zijn. Ik draaide meteen om vanwege de kou, Rick deed nog twee stappen maar draaide daarna ook al snel om. Laat dat eiland maar zitten, we blijven bij ons privé strand.

Deze avond eten we spaghetti. Tijdens het eten aan de picknicktafel, was er over het eiland een prachtige regenboog te zien. De dag was hiermee compleet en we hebben wederom gigantisch genoten.

DAG 4

Al snel na de start van de dag kwamen we een Nederlands stel tegen, Bert en Marianne. Bert hield zelf ook van fietsen en vond het maar al te prachtig wat we aan het doen waren. Tussen het uitwisselen van de verhalen door, kregen we een colaatje en wilden ze ons afval van de nacht meenemen. Bert fietste nu veel met zijn broer en had zelf het wielermonument Milaan Sanremo gefietst. We vertelden dat we volgend jaar naar Vietnam gaan fietsen. Zonder dat hij (Bert) het hardop vertelde, verklapte zijn gezicht maar één ding: had ik dit vroeger ook maar gedaan. Het was mooi om te zien hoe iemand zo oprecht geïnteresseerd was in ons, en met verbazing en misschien ook wel een beetje jaloezie naar ons luisterde.

Vandaag is de dag dat we echt serieus klimmen en de hoogte in gaan. Langzaam maar zeker komen we dichter bij de sneeuw. We klommen naar de 1100 meter en we konden voor het eerst sneeuw aanraken. Hartstikke enthousiast omdat dit toch een soort mijlpaal is. Sneeuw om ons heen, maar toch was het lekker weer en fietsten we in korte broek. Boven op de berg vlakt de weg af en opeens fietsen we tussen gigantische ijsmeren. Een uniek landschap dat plots opdook, deels vloeibaar, deels bevroren, maar in ieder geval een mooie combinatie tussen blauw en wit. We waren niet de enige Nederlanders hier, want het viel gewoon op hoeveel Nederlandse autoplaten er voorbij reden.

Tijdens het fietsen tussen de meren kwam er een werkbusje voorbij rijden. Uit het niets stak de bijrijder zijn hand uit en gaf ons beiden een blik monster energy. Het ging super snel, hadden het totaal niet zien aankomen en konden nog net dankjewel roepen. Verderop ging de weg door een tunnel. Wij als fietsers mochten niet door de tunnel en moesten er overheen fietsen. Iets wat we niet erg vinden, want bovenop is de weg heel rustig en heb je vaak mooi uitzicht. De tunnel was eenrichtingsverkeer en onze kant moest wachten. In de rij troffen we het busje wat ons de blikken monster gaf, dus we maakten een praatje om ze te bedanken. Het waren twee jongens die het volgende vertelde. “Wow daar zijn twee jongens aan het fietsen, ik wil ze een blik monster geven” “Nee joh hou lekker zelf” “Kijk nou waar ze fietsen, dat is toch prachtig.” “Zo afgelegen, ik zie hier nooit fietsers”, waarna hij ons de blikken gaf.

Na de klim over de tunnel hadden we inderdaad prachtig uitzicht en een mooie lange afdaling. Tijd voor een vlakke weg was er niet want we begonnen meteen weer aan een klim die ons 700 meter hoger bracht. Na de tweede afdaling was het tijd om een slaapplek te zoeken. We vonden een stuk weiland naast het bos maar werden daar weggestuurd door een local. Iets verderop vroegen we aan een boer of we op zijn weiland mochten staan. “Nou ik ga vanavond nog het hooi binnenrijden dus dat maakt veel herrie en je staat naast het hek van een camping… maar ik weet wel een ander plekje.” De man bracht ons een stukje over een wandelpad naar een vlakke rots met uitzicht over een meer. Wederom een prachtplek die alles had wat we zoeken bij wildkamperen. Stromend water, mooi uitzicht, een picknicktafel en een vlak stukje voor de tenten. Enige minpuntje waren de vele mugjes/vliegjes maar dat mag de pret niet drukken.

DAG 5

Vanaf onze plek langs het wandelpad, vertrokken we met het laatste stukje bergafwaarts. Nog een klein pukkeltje over en ineens was daar een uitzicht over de eerste fjord. Een prachtig uitzicht en de komende dagen fietsen we langs dit soort fjorden. Iets wat opviel was dat het niet het blauwe water was van wat we op foto’s hadden gezien. Later hebben we ons laten vertellen dat vanwege de vele zon, er algen zijn gaan groeien in de fjorden en dat het er daardoor iets groener uitziet.

Na een stuk fietsen langs de fjord, moesten we een ferry nemen om verder te kunnen. We snapten niet helemaal waar we nou moesten betalen, aan de kant of aan boord, en zijn uiteindelijk gratis meegegaan. Deze ferry was er niet zomaar één, want hij vloog met 60 km/h over het water. Onwijs gaaf om met zo’n snelheid door de fjorden te scheuren en op het dek te staan.

Aan de overkant hebben we ook langs de fjord gefietst. We hadden gedacht dat het relatief vlak was, maar de weg ging hier als een zaag, op en neer met veel korte steile klimmetjes. Na veertig kilometer hadden we een tweede ferry gepakt, per ongeluk expres ook weer gratis. Op het water ziet het landschap er heel anders uit dan vanaf de kant en het geeft een unieke kijk op een fjord.

Na de tweede ferry hielden we onze ogen open voor een slaapplek. Het was lastig zoeken omdat naast de fjorden er veel rotsen en steile kliffen zijn. We hadden bij een aantal huizen geprobeerd om in de tuin onze tent op te zetten. Helaas zonder succes, totdat we bij Sifket kwamen. We vroegen in het Engels aan Sifket of we bij hem in de tuin mochten slapen. Sifket sprak slecht tot geen Engels en begreep ons niet zo goed. Na wat over en weer gebrabbel kwamen we erachter dat hij Duits sprak, iets wat Rick ook goed spreekt. Dit maakte de rest van de communicatie een stuk makkelijker. Sifket wilde ons iets laten zien en nam ons mee naar beneden naar zijn vissershutje. Vol trots liet hij het hutje/huisje zien en vertelde ons dat we hier mochten slapen. Vol verbazing en blijdschap spraken we onze dankbaarheid uit, want we sliepen die nacht in een hutje aan een fjord. ’s Avonds genoten we van het uitzicht terwijl we steentjes aan het ketsen waren en wat stonden te vissen.

DAG 6

Vanaf ons vissershutje gaan we verder fietsen langs de fjorden. Eén van de dingen die opvalt, is dat er vrij veel viskwekerijen zijn in de fjorden. Ronde of vierkante hokken in de fjorden waar we vissen in zien springen uit het water. Zal hier onze zalm gekweekt worden? Leuk weetje, voor oorsprong wordt er in Azië helemaal geen zalm gegeten in sushi. De zalm in Azië is te slecht van kwaliteit om te eten en pas sinds de handel met Europa op gang kwam, is dit geïntroduceerd.

Voor vandaag hadden we de missie om onze powerbanks op te laden en om een speciale waterval te bezoeken. We besloten om in het dorpje vlakbij de waterval boodschappen te doen en hier te vragen of we onze powerbanks in de supermarkt mochten opladen. Na een kleine navraag bij de manager mocht het en konden we de powerbanks hier een tijdje laten. We zochten een parkje op om te lunchen en deden dit met onder andere brioche. Dit hadden we nog niet eerder op, maar oelala wat vinden we dit lekker. In het parkje waren veel gezinnen met kinderen aan het genieten van het mooie weer en werd er veel zwommen in het fjord.

Na de lunch fietsen we naar de waterval die we op het oog hadden, en het bijzondere aan deze waterval is dat deze vrij door de lucht valt. Dit houdt in dat je er onderdoor/achterlangs kan lopen. Bij aankomst viel meteen op dat we niet de enige waren die de waterval graag wilden bezoeken. Er liep een pad achter de waterval langs en hier was het alsof je over de markt aan het slenteren was. De drukte vonden we niet zo fijn maar het was wel een unieke ervaring om zo achter een waterval langs te lopen. Wat een geweld aan water komt er dan over je heen, het gekletter maakt een luid lawaai en er spat veel water omhoog. Na de waterval halen we de powerbanks op en gaan we weer verder.

We hoopten om een plekje langs de fjord te vinden maar dit lukte helaas niet. Doordat het niet lukte om daar een plekje te vinden, begonnen we aan een klim. De klim duurde even en omdat we alweer honger kregen besloten we wat boterhammen met jam te eten. Het was een prachtige klim, een heerlijk rustige weg en zo nu en dan een waterval langs de kant. Eenmaal bijna boven was er een grote waterval en een vrije camperplek. Bij de camperplek was een stukje gras waar we onze tenten op konden zetten. Hier ontmoeten we Harry en Peter met wie het al snel goed klikt. We kijken eerst nog even verder voor een rustigere plek voor de tenten maar besluiten toch om bij de camperplek te gaan staan.

Harry en Peter hadden elkaar tijdens het fietsen ontmoet en besloten om een paar dagen met elkaar te fietsen. Peter was een ervaren fietser, had al een lange trip door Afrika gemaakt en had alles goed voor elkaar. Harry daarentegen had simpelweg tegen zijn baas gezegd dat hij er 3 maanden tussenuit ging, ontslag of niet. Hij had een oude fiets van zijn oom gekregen, wat fietstassen en spullen bij elkaar verzameld en was simpelweg gewoon gegaan. Vol verbazing keken we naar de spullen die hij mee had en de fiets waar hij op reed. Remmen die het niet goed deden, zware slaapspullen, een luxe campingpitje en een zware tent. Harry is een onwijs vrolijke jongen en ondanks dat zijn setup zeker niet de beste van de wereld was, had hij het belangrijkste van alles begrepen: gewoon simpelweg gaan!

Mocht er iets niet werken of je komt iets tekort, kan je dat altijd nog onderweg kopen of oplossen. Ik heb een keer een verhaal gelezen waar ik aan moest denken bij het zien van Harry. Er is een man geweest die in een fietsenzaak een goedkope fiets had gekocht, bond emmers aan zijn fiets vast met een plastic zak er overheen zodat zijn spullen waterdicht gepakt zaten en fietste zo de wereld rond.

DAG 7

Vandaag beginnen we de dag rustig zodat we nog wat kunnen kletsen met Harry en Peter, het klikte erg goed. Vandaag gaan we een stuk landinwaarts om via het land over te steken naar een andere fjord. We fietsen veel langs water dat geleidelijk omhoog gaat, het doet ons denken aan het fietsen door Oostenrijk. Voordat we bij de nieuwe fjord kwamen, stond ons nog één beklimming te wachten omdat er een tunnel was voor auto’s. De klim was wederom heerlijk rustig en zo goed als autovrij. Eenmaal boven hadden we een prachtig uitzicht over een groene vallei. Boven kwamen we er alleen achter dat de weg naar de vallei afgesloten was. We konden aan wat lokale mensen vragen hoe het zat, maar die vertelde ons dat we er echt niet door konden.

Terug dezelfde weg naar beneden als waar we naar boven waren gekomen en dan maar door de tunnel. Beneden de lichtjes op de fietsen gedaan en de tunnel ingegaan. De tunnel liep naar beneden in een bocht dus het voelde alsof je keihard een zwart gat inreed. Combineer dat met het harde geluid van auto’s in een tunnel en we hadden gigantisch veel adrenaline. Het was een tunnel van 2,5 kilometer dus het duurde ook wel even voordat we eruit waren. Eenmaal erdoorheen gescheurd aan de andere kant waren we plots in de vallei waar we zojuist nog uitzicht over hadden.

Deze vallei was één van de mooiste waar we doorheen gefietst hebben. Ongeveer 200 meter breed, vrij vlak en daarna steile wanden van 800 meter hoog. Het gaf het gevoel dat we enorm klein waren vergeleken met hoe groot en machtig de vallei was. Door de vallei stroomde een rivier de we volgden naar het fjord. Omdat het vrij veel regent in Noorwegen, is er ook veel water in het landschap. Overal waar we keken in de vallei waren watervallen die van de klif af donderen en naar de rivier stroomde waar we langs fietsten.

Bij de fjord aangekomen, konden we niet meer verder fietsen vanwege een tunnel. We hadden de bus kunnen nemen door de tunnel, maar besloten om een ferry te nemen door de fjord om de berg heen. Een boottocht met werkelijk prachtig uitzicht op mooie bergen en over het water. Je ziet tijdens zo’n boottocht plekken die je anders helemaal niet ziet. Er waren een aantal mensen aan het kanoën met flinke bepakking. Iets wat ons ook enorm gaaf lijkt, omdat je dan op plekken kan slapen waar normaal helemaal geen mensen komen.

Aan de andere kant van de berg kwamen we aan bij het plaatsje Aurlandsvangen. Hier deden we boodschappen en fietsten we per ongeluk tegen een onwijs mooie kampeerplek aan. Een stukje gras wat aan de fjord lag. We besloten dan ook om het de rest van de dag rustig aan te doen. We hebben in de fjord lekker gezwommen, gekookt en gegeten met uitzicht over de fjord en ’s avonds nog een biertje gedaan bij een kroeg/restaurant.

DAG 8

Voordat we op reis gingen, hadden we beide een aantal vlaggetjes gezet op google maps. Vlaggetjes op plekken waar we graag heen wilden en één van die plekken was vlakbij. Aan de fjord waar we sliepen was boven een uitzichtpunt op 800 meter. Dit uitzichtpunt lag niet op de route, maar we besloten toch om erheen te gaan. We lieten de tenten beneden staan met onze tassen erin en gingen naar boven. Het was heerlijk om even te fietsen zonder de tassen op de fiets, het voelde alsof het bijna vanzelf ging. Eenmaal boven stelde het uitzicht zeker niet teleur. We hadden uitzicht over de fjord en konden beneden onze tenten zien staan aan het water.

Beneden gooiden we de tassen weer op de fietsen en konden we verder. We fietsten nog een klein stuk langs de fjord, waarna we landinwaarts gingen. We kwamen langs de fjord bij het dorpje Flåm. Hier was het de missie om boodschappen te doen, want de komende 24 uur kwamen we niets meer tegen qua eten/drinken. De supermarkt ging pas om 12 uur open dus we wachtten met een bakkie koffie en konden ook meteen onze telefoons weer een beetje opladen. Vanaf Flåm fietsten we door een prachtig dal naar boven. Door het dal ging ook een treinspoor naar boven en kwamen veel mensen op de fiets naar beneden. Het was een populaire activiteit om een treinticket naar boven te kopen en dan naar beneden terug te fietsen.

Tijdens onze tocht naar boven werd de weg steeds minder begaanbaar en zo stuitten we ook op een gravelpad van 18% dat met haarspelden naar boven ging. Nog voordat we de eerste 10 meter naar boven waren, stond het zweet al in de bilnaad. Eenmaal begonnen aan dit zware stuk van de klim, was het natuurlijk de uitdaging om zonder af te stappen boven te komen. Het tempo zakte en ik kreeg de trappers maar net aan rond. Het tempo zakte zo ver terug dat we werden ingehaald door wandelaars. Niet heel motiverend als dit gebeurd, maar na heel wat ploeteren lukte het om dit steile stuk boven te komen zonder af te stappen.

We fietsten over het gravelpad door een natuurgebied. Het deed mij denken aan een koud toendraklimaat met nog veel sneeuw, water en wat lage begroeiing. De lucht was inmiddels grijs geworden en het water was heel helder donkerblauw. De lucht was grijs en het ging dan ook regenen. Door het natuurgebied liep een treinspoor met zo nu en dan een station. Bij één van die stations stonden een paar huisjes en omdat het begon te regenen, besloten we om in het treinstation te schuilen.

Van de buitenkant een vierkant gebouw met golfplaten. De ingang was een groot vierkant waar geen golfplaten zaten[4]  en het leek wel verlaten, we waren ook de enige daar. Omdat we toch niet verder in de harde regen wilden fietsen, besloten we het station te verkennen. We stuitten op een heerlijk verwarmde wachtkamer, stopcontacten en schone wc’s. Het was einde van de middag, we keken elkaar aan en zeiden: “anders slapen we toch hier?”. Er was verder toch niemand in het station en aan de hoeveelheid huisjes te zien was de kans ook vrij klein dat er nog iemand zou komen. Een keertje niet de tenten opzetten was ook wel lekker, we hoefden alleen onze matjes op de grond te leggen.

Het enige nadeel was dat er in de wachtkamer omgeroepen werd als er een trein aankwam. Eten koken heb ik lekker droog op het perron gedaan en al snel kwamen we erachter dat er gelukkig niet zo veel treinen langskomen. Het is ook niet standaard dat de trein stopt op dit perron. Aan de muur hing een bordje met “Voor het stoppen van de trein: maak oogcontact met de machinist en zwaai”

DAG 9

’s Nachts zijn we een keer of 2/3 wakker geworden van de omroepen en de bijbehorende trein. Nu zijn we gelukkig beide vrij goed in slapen en hebben hier dan ook niet zo veel last van gehad. Voordat we weg gingen, hielden we een trein aan om te vragen of de machinist wist of we naar het volgende station konden fietsen. Er lag namelijk vrij veel sneeuw “Geen idee, ik rij alleen over het spoor”, ja touche dus laten we het maar gewoon proberen.

We begonnen met grijze lucht, miezer en een slecht gravelpad. Gelukkig fietsten we door een mooi landschap wat een hoop goed maakt. Na zes kilometer konden we niet verder omdat er allemaal sneeuw op het pad lag. In de sneeuwhoop was een man bezig met een graafmachine. We maakten een praatje met de vriendelijke man en hij was eigenlijk een soort blij om ons te zien. Hij vertelde ons dat hij dagenlang aan het graven is met zijn machine. Zijn collega is aan de andere kant van het natuurpark begonnen en ze zien wel waar en wanneer ze naar elkaar zijn gegraven. “Misschien een week of twee, dan zijn we denk ongeveer bij elkaar” zei hij.

De sneeuw was dusdanig veel en instabiel dat we er niet overheen konden en besloten om terug te gaan naar ons treinstation. Gelukje voor ons was dat er binnen 5 minuten een trein zou komen die we konden pakken. We zwaaiden fanatiek naar de trein, omdat we bang waren dat deze door zou rijden. Het was gelukt om de trein te stoppen en we vroegen de conducteur of het mogelijk was om onze fietsen mee te nemen in de trein. We werden meegenomen naar een speciale coupé voor fietsen en mochten mee. We besloten om 2 haltes mee te gaan en dan weer te gaan fietsen. Tijdens de treinrit zagen we onwijs veel sneeuw liggen op het fietspad. De conducteur vond het maar al te gaaf wat we aan het doen waren en was zo met ons verhaal bezig dat er niet naar onze kaartjes is gevraagd.

Na de treinrit kwamen we aan in een dorpje waar we boodschappen konden doen en tanken. Het kookpitje dat ik gebruik, werkt namelijk ook met benzine en het is gelukkig makkelijk om hieraan te komen. Ik vul het tankje voor 80 cent en er kan weer een paar dagen gekookt worden. Na het dorpje fietsen we vrij geleidelijk naar beneden door een glooiend landschap. De hoge steile bergen en fjorden laten we achter ons, we gaan weer landinwaarts richting Oslo.

Na een flink stuk over de weg gefietst te hebben, besluiten we een avontuurlijk bospad op te zoeken. De snelheid is dan wel iets langzamer door het bos maar het fietst een stuk leuker. Na het bos kwamen we bij een dorpje met een perfecte plek voor onze tenten. Het was een grasveld met zwemstuk aan de rivier en een toiletgebouw. Er stond alleen een bordje met “no camping” en er waren dusdanig veel mensen dat we het niet wilden riskeren hier weggestuurd te worden.

We fietsten dus verder over het pad door het bos op zoek naar een slaapplek. We wisten dat het die nacht zou gaan regenen, dus een droge plek zou ideaal zijn. Na een stuk fietsen kwamen we bij een paar grote stapels planken met grote zeilen eroverheen. Ik vertelde Rick dat ik het idee had om met een paar planken en een zeil een droge plek te maken. Zo gezegd, zo gedaan, we vonden een zeil dat niet werd gebruikt en maakten daar een dak van.

Omdat er rond de campeerplek veel elandpoep lag, besloten we om ’s avonds na het eten nog op elandenjacht te gaan. Het lijkt ons enorm gaaf om een eland te spotten en alle poep duidt erop dat er genoeg elanden lopen. Al vrij vroeg staken we de zoektocht omdat het begon te regenen. Het begint rustig, maar het gaat al snel harder waardoor we besluiten om het laatste stuk terug te rennen. We vluchten onze tenten in die droog staan onder ons eigen dak. Morgen weer een nieuwe kans om elanden te spotten.

DAG 10

Vannacht zijn de tenten droog gebleven door ons zelfgemaakte dak. We fietsen ‘s ochtends verder door het bos en doordat er veel begroeiing over het pad hangt, worden we nat. Ineens in een splitsecond zien we tussen de bomen door in een open veld een eland staan. Ik zag hem staan en Rick zag er één wegrennen. We leggen onze fietsen op het pad en gaan kijken of we hem nog kunnen zien. Inmiddels was de eland natuurlijk al lang weggerend en het lukte niet meer om nog elanden te zien.

Vandaag bleef het de hele dag een beetje miezerig weer. We fietsen over gravelpaden door het glooiend kaal landschap. Tijdens de miezer hebben we onze regenkleding aan, waardoor het gelukkig snel warm wordt. Tijdens het fietsen proberen we aan een soort zweet management te doen door minder snel te fietsen.

Na het glooiende landschap hebben we toch ineens nog een klim die ons weer naar de sneeuw brengt. We hadden dit niet verwacht en het was een leuke verrassing. Na de klim hadden we een mooie overzichtelijke afdaling waar we naar beneden konden scheuren.

Eenmaal beneden kwamen we langs een brug met een weiland eronder. Een perfecte gelegenheid voor ons om onze tenten vannacht weer droog te houden. Het is een weiland waar normaal schapen lopen dus het is zoeken naar een plekje waar geen poep ligt. De brug gaat over een rivier en dat is voor ons het enige nadeel van deze plek. De rivier stroomt vrij hard en er komt veel lawaai vanaf. Maar goed, we hadden weer een droog plekje waar we konden eten en slapen dus je zult ons niet horen klagen.

DAG 11

Met het overdonderde geluid van de rivier begonnen we de dag zonder al te veel te kletsen, omdat we elkaar toch niet konden horen. Rick zijn band was iets leeg gelopen en we pompte hem op voordat we op avontuur gingen. Alvast een kleine spoiler voor de rest van de dag: we hebben hem nog een keer op vijf op moeten pompen. Het is natuurlijk veel sneller om één keer de binnenband te vervangen maar daar dachten we op dat moment niet aan.

We kwamen onderweg zo eenzelfde oude kerk tegen als op dag 3. We wilden graag de binnenkant bekijken maar de kerk zat dicht en werd bewaakt met twee camerapalen. Na de kerk begonnen we aan een stijl grindpad naar boven. We kwamen weer meer in een afgelegen gebied en hoopten nog een eland te zien. Onderweg over het grindpad liepen er ook tal van schapen en lagen er een hoop eland keutels. Boven op de berg hadden we uitzicht over een meer en hebben we geluncht.

Na de lunch gingen we richting het meer om daar langs te fietsen. Dit was de route, maar eenmaal bij het meer bleek het pad overstroomd te zijn… Niet zomaar een overstroming waar we doorheen konden lopen, maar een heuse rivier van twintig meter breed. ‘Shit, wat doen we?’ Hetzelfde pad terug naar beneden als we naar boven waren gekomen? Het liefst niet. Op google maps vinden we een ander pad en besluiten deze te nemen. Al snel bleek dit een wandelpad te zijn wat helemaal niet bedoeld is om overheen te fietsen. We gaan toch door want inmiddels is omdraaien geen optie meer. Waar het kan zitten we op onze fietsen om naar beneden te rollen. De meeste stukken moesten we echter lopen en soms onze fiets over obstakels tillen. Zo waren er boomstammen, grote stenen en modderplassen. Moeizaam en er is wat gevloekt, maar achteraf is het wel een leuk avontuur.

Na de afdaling over het wandelpad, ging het pad over in een grindpad waar ook auto’s overheen reden. De afdaling ging nog even door en het gaf gigantisch veel adrenaline om hard over het grind af te dalen. Bochten zijn al helemaal spannend en je voelt de banden soms een beetje wegglijden. Beneden aangekomen begon het met regenen. We fietsen nog een stuk door en besluiten om te schuilen bij de Joker (supermarkt). We moesten toch nog boodschappen doen en het was ook wel lekker om droog te eten.

Onder het afdak bij de Joker staan een paar picknicktafels waar we aan kunnen zitten. Ik maak een rijstgerecht met ananas, paprika en gedroogde worst. Binnen op het toilet hebben we de afwas gedaan en we vroegen of we onze tenten op mogen zetten onder het afdak. Het mag niet, maar we krijgen wel beide een grote kop chocomel, omdat ze het een beetje met ons te doen hebben. We besluiten om nog even te chillen onder het afdak, te wachten totdat het droog wordt en dan een slaapplek te zoeken. Binnen in de supermarkt ging onder het personeel rond dat we nog een slaapplek zochten. Er kwam een vrouw naar buiten die ons vertelde dat ze wel een plek wist. Ze moest eerst nog tot 20 uur werken en de winkel sluiten maar kon ons daarna meenemen.

‘Moeten we nou wachten of gaan we zelf opzoek, is de vrouw te vertrouwen?’ We besluiten om het een kans te geven en te wachten totdat de vrouw klaar is met werk. Ze kwam naar buiten met een aantal broodjes en een focaccia die over was van de dag. Hier waren we natuurlijk erg blij mee. Ze nam ons mee een berg op via een steil wandelpad. Alsof we nog niet genoeg gewandeld hadden vandaag was dat hier ook weer nodig. Maar goed, we hadden gezelschap van een aardige vrouw en kletsten erop los. Eenmaal boven stond daar een jeugdhonk waar we in konden slapen. Het is de bedoeling dat jongeren hier bij elkaar kunnen komen om wat te drinken en te kletsen. Het hutje is een achthoek met aan alle kanten ramen en in het midden kan een vuurtje gestookt worden. We bedanken de vrouw voor de tip en ons hierheen brengen en ze gaat weer naar beneden. We genieten nog even van het uitzicht over het dorpje en kunnen weer een nacht droog slapen. In het hutje zetten we wel onze binnentent op omdat er veel muggen zijn.

DAG 12

Ik word vandaag wakker en heb niet heel veel trek. Ik dacht eigenlijk dat het kwam omdat we gisteravond nog veel broodjes hadden gegeten maar al snel bleek dat ik niet fit was. We fietsen gelukkig een relatief makkelijke route die niet al te veel hoogtemeters heeft. Na twee uurtjes fietsen stoppen we voor wat nootjes. Waar ik normaal na twee uur alweer rammel van de honger, kreeg ik nu met moeite 2 handjes nootjes naar binnen. Ik wilde toch wat eten want we verbrandden toch aardig wat energie met fietsen.

Na een tijdje geef ik aan Rick aan dat het te hard gaat en we fietsen op een lager tempo door. Het was planningstechnisch niet per se nodig om veel kilometers te maken. Een rustdag zou ook nog kunnen, maar ik vond het toch wel lekker om rustig door te fietsen. Zo blijft mijn lichaam bezig en trekt ik hopelijk snel weer bij. We doen boodschappen en ik heb een slecht moment. Na een paar stappen in de supermarkt en al die geuren te ruiken geef ik bij Rick aan buiten te wachten. Buiten op een bankje kom ik weer een beetje bij en kan ik wel weer verder fietsen.

We fietsen zo’n tien kilometer over een mooi fietspad door het bos en stoppen om een appeltje te eten. Ik voelde mij helemaal niet goed worden ineens en het werd zo erg dat ik achterstevoren heb gegeten. Na het gras wat extra compost te geven, luchtte het behoorlijk op en had ik het idee dat ik weer de wereld aan kon. Op een leeg gegooide maag kan ik niet fietsen dus ik at een kwart brioche zodat er genoeg brandstof in mijn lichaam zit.

Na de stop begonnen we aan een klim en ik was alweer grapjes aan het maken naar Rick. “Lekker joh dat kotsen, scheelt een hoop gewicht, ik vlieg naar boven, als ik jou was zou ik ook kotsen”. Het eten was vrij goed verteerd dacht ik, maar in de afdaling begon ik me weer slechter te voelen. Beneden draaien we een bospad in langs een rivier. Leuk pad om te fietsen en we houden bij een picknickbank even pauze. Tijdens het zitten werd ik zo slecht dat ik voor de tweede keer heb gekotst. We hebben geen idee hoe het kan dat ik ineens ziek ben. Waarschijnlijk iets verkeerds gegeten of gedronken maar het is gek dat alleen ik er last van heb. Normaal ben ik nooit ziek, behalve op zondagochtend.

We fietsen nog een stuk over het bospad een besluiten dat het goed is geweest voor vandaag met fietsen. We zetten de tent op en ik ga meteen een powernap doen, per ongeluk 2 uur geslapen. Opzich lekker wakker geworden en voelde mij weer wat beter. Rick mocht vandaag koken voor zichzelf, een mooi moment om zijn eigen kookpitje te leren. Ik had nog geen eetlust dus at maar een paar hapjes mee en een appel. Vroeg naar bed en hopen dat ik morgen weer helemaal fit ben.

DAG 13

De wekker ging en ik had heel de nacht doorgeslapen. De eerste paar seconden wanneer je je ogen open doet weet je nog niet zo goed of je nog ziek bent of niet. Ik ging rechtop zitten en voelde mij weer fit en had zelfs honger. Ik kroop mijn tent uit om Rick te vertellen dat ik weer fit was. Voor onze tenten was Rick al buiten en vertelde dat hij nu ziek was… shit!

‘s Avonds laat had hij nog gekotst en nu ook net. Vandaag maar een rustige dag fietsen en niet te gek doen.

We fietsen door het glooiende landschap en er zijn steeds minder bergen. De paar dagen regen is voorbij en we fietsen weer met prachtige blauwe lucht. We trotseren een aantal goede gravelpaden door het bos en maken niet al te veel kilometers. Begin van de middag komen we een meertje tegen met een stukje gras waar we kunnen staan. Gedurende de dag gaat Rick zich gelukkig wel weer beter voelen.

‘s Middags hebben we tijd om te zwemmen in het meer waar we aan staan. Omdat dit geen smeltwater is, hebben we een keer water wat een stuk aangenamer is om in te zwemmen. We staan met onze tent op een stukje gras aan een steiger. Rick heeft tijdens deze reis een hengel mee. We zien dat er door anderen gevist wordt in het meer en besluiten om ook de hengel erin te gooien. Het is een hengel met blinkertje, iets wat ik nog nooit gedaan heb, dus Rick gaat het mij leren. Na een half uur hengelen zonder resultaat loop ik terug naar de tenten. “Als ik met deze hengel een vis wil vangen, gooi ik hem wel in de diepvries bij de vissticks”.

Na het avondeten komt er een man met een boot aan onze stijger om een vrouw op te halen. “Zoo mooie boot”,”Ja en een mooie vrouw” reageerde de man met een lach.

‘s Avonds gingen we in het dorpje nog een biertje halen bij de supermarkt. We liepen langs een vol terras en besloten hier aan te sluiten. Het bleek een ijscozaak te zijn dus we halen eerst een ijsje voordat we aan een biertje beginnen. “Is er iets speciaals dat het zo druk is?” vroegen we aan iemand. “Ja het is midsummerfest” zei hij. We hadden beide geen idee wat midsummerfest was. In Scandinavië vieren ze de langste dag van het jaar met midsummerfest. Mensen komen met vrienden en familie bij elkaar om een gezellige avond te hebben met een kampvuur. Dit jaar mogen er geen kampvuren zijn vanwege de droogte van afgelopen weken.

We komen op het terras weer de schipper tegen die we bij onze tent hebben gesproken en hij komt meteen een praatje maken. Onwijs aardige man, tikkeltje prettig gestoord maar beregezellig. Hij nodigt ons uit om mee te gaan op zijn boot naar een feest. Rick en ik kijken elkaar even aan en zonder te overleggen stemmen we in met het plan. De kapitein had zelf wel al de nodige biertjes op maar we hadden wel zin in een spontaan avontuur. We doen nog een biertje op het terras en worden dan ineens geroepen dat we de boot op moeten.

We fietsen vanaf het terras eerst onze fietsen terug en worden bij de steiger opgehaald. De boot is geschikt voor ongeveer vier personen en we zijn nummer zes en zeven die instappen. “Hello guys, your taxi. I am the drunk captain, let’s go for a party”. Het gezelschap bestond uit volwassenen van een jaar of 45 en die vonden het maar al te prachtig dat we mee waren. Na een rondje over het meer langs bij bekende van the drunk captain, kwamen we aan bij het feest. Ik moet zeggen dat ik niet helemaal meer helder heb wat de jongen van het feest was van the drunk captain maar volgens mij een neefje.

Het feest was op een grasveld aan het meer en zowel zijn vrienden als familie zaten met elkaar te kletsen en er stond muziek op. Op de boot hadden we al een aantal biertjes gehad en op het feest werden we ook meteen goed verzorgd. We kregen meteen een biertje en voordat we ook maar een paar slokken op hadden moesten we een shotje nemen. Er kwam een fles zonder etiket tevoorschijn, iets wat meestal geen goed teken is als je plannen hebt om niet al te veel te drinken. Het scheelt dat we die plannen al overboord hadden gegooid en we namen een shotje met de jongen, zijn opa van de zelf gebrouwen kruidenlikeur. We deden onwijs ons best om een stalen gezicht te houden maar hier faalden we beide onwijs in.

We vielen goed in de groep en iedereen wilde een praatje met ons maken, wat erg gezellig was. We hebben dan ook geen moment zonder drankje gezeten en werden goed verzorgd. The drunk captain werd alsmaar meer drunk en besloot na een tijdje dat het mooi was geweest en weer terug te gaan. Het gezelschap weer op de boot en we maken ons klaar om te gaan. The drunk captain draait zijn boot met de achterkant naar het feest toe en er verschijnt een ondeugende grijns op zijn gezicht. Hij kantelt de motor zodat deze minder diep ligt en geeft in een keer vol gas waardoor er een grote fontein ontstaat. Dit onder een luide kreet van the drunk captain “Ciao ciao amigo’s”.

Tijdens de bootrit terug vaart the drunk captain onwijs hard en vlak langs andere boten die ook nog op het meer zijn. De rest van het gezelschap zegt er op een gegeven moment wat van. Niet dat daarna de snelheid afnam, maar hij nam wel wat meer ruimte naar andere boten. We zien in de verte onze steiger al en eigenlijk mist onze drunk captain deze compleet en vaart hard door naar een andere steiger totdat het gezelschap er wat van zegt. Toevallig moesten die ook allemaal bij onze steiger zijn, want dat was het dichtstbij naar huis. Of althans we dachten naar huis maar werden nog uitgenodigd voor een afzakkertje bij the drunk captain thuis.

Wij die onze ruggengraat toch al hadden verloren, stemden in met het plan en stappen met zijn allen bij onze steiger van de boot. De schipper zelf deed nog een stapje mis en viel bijna in het water. In plaats van in het water viel hij op de voorkant van zijn boot en kon zich nog vasthouden. We hielden het niet meer van het lachen. Voor de sier gooide hij met één touwtje net zijn boot vast en we gingen naar zijn huis.

Onwijs mooie villa waar we nog twee biertjes doen. We luisteren naar lokale Noorse muziek en laten hun André Hazes horen. Na nog wat ouwehoeren besloten we dat het mooi is geweest en we gingen naar onze tenten. Dit is één van de eerste momenten dat we het bijna donker hebben gezien. Het is 3 uur ‘s nachts, we hebben genoeg drankjes op en gaan lekker slapen.

DAG 14

’s Ochtends slapen we uit. We hebben geen haast, we hoeven niet zo veel kilometers meer te maken naar het vliegveld en hebben nog twee dagen. ’s Ochtends komt the drunk captain nog langs om te kijken bij de boot. Hij was zijn telefoon kwijt en vond deze weer in de boot. We kletsen wat na over de vorige avond en bedanken hem voor de leuke ervaring. Hij vertelde dat de vrouw nog kotsend boven de wc hing maar dat ze op moest schieten omdat ze naar een Bruce Springsteen concert gingen samen. We wensen hem sterkte, veel plezier en nemen afscheid. Rick en ik kletsen nog wat na en de primaire gedachte was: “Waarom zou je, als je de volgende dag naar Bruce gaat, zo dronken worden?”

We maken wat kilometers en onder andere langs het meer waar we gister hebben gevaren. Gisteren op de boot vertelde een vrouw dat het vanaf hier vlak was naar het vliegveld. Hoewel dit voor Noren misschien vlak is, maakten we vandaag toch nog 800 hoogtemeters in 50 kilometer. Het gaat dus nog redelijk op en neer. We zoeken langs een meer naar een plek om te kamperen maar dat valt nog niet mee. Het meer dat we op google maps zagen blijkt een soort moeras te zijn zonder fatsoenlijke ondergrond waar we kunnen staan. Een stuk verder zijn het allemaal achtertuinen aan het meer en hier hebben we ook geen succes. Van een vrouw krijgen we wel extra water en we gaan weer verder opzoek.

Op google maps zien we een meer iets verderop. We moeten wel bergop fietsen maar we besluiten het een kans te geven. De weg naar boven is een niet al te steil grindpad met regelmatig wat schapen op het pad. De schapen dragen bellen en zijn al van grote afstand te horen. Eenmaal boven komen we meteen aan bij een prachtig zwemstrandje met gras waar we onze tenten op kunnen zetten. Er wordt door de lokale bevolking ook nog volop gezwommen door ongeveer 15 a 20 mensen. We zetten onze tenten neer, genieten nog na van de bijzondere avond gister en gaan ook nog even zwemmen.

Bij het meer ligt een houten vlot van ongeveer twee bij twee meter met een trappetje erop los. Ik neem het vlot mee het meer op en spring er een aantal keer vanaf. We vinden het bijzonder dat dit soort dingen in Noorwegen gewoon los kunnen liggen en niet meegenomen of gestolen worden. In Noorwegen is er gigantisch weinig criminaliteit. Toen we gister bij het terras onze fietsen op slot zetten, werden we ook een soort raar aangekeken. Mensen vertellen ons dat normaal niemand hier zijn fiets op slot zet en er nooit fietsen worden gestolen. Naast de fietsen, ook het jeugdhonk waar we in hebben geslapen waar helemaal nul vernieling of gravity was ondanks dat het vrij toegankelijk is. Een kant van Noorwegen waar we alleen maar van kunnen houden en enorm waarderen.

DAG 15

De schapen met bellen van de klim waren ’s nachts naar boven gekomen en dat hebben we geweten. Wat een herrie rond onze tenten. De schapen kwamen naar het meer om daar water te drinken.

We worden wakker en genieten van het uitzicht over het meer. Vandaag moeten we nog ongeveer veertig kilometer fietsen naar het vliegveld. De twee weken zijn voorbij gevlogen en voelde als een paar dagen. We fietsen nog wat laatste kilometers door een bos waar koeien loslopen, prachtige licht en donkerbruine koeien die lekker in het zonnetje liggen. De kilometers vliegen voorbij en we hebben voor vandaag één grote uitdaging; namelijk om aan twee fietsdozen te komen.

Omdat we voor het vliegveld geen dorpen/steden tegenkomen, moeten deze dozen op het vliegveld geregeld worden. Op de heenweg lieten we onze fietsdozen buiten staan en we hoopten dat anderen dit nu ook hadden gedaan. Bij het vliegveld aangekomen, was dit helaas niet het geval en we moesten binnen op zoek te gaan. Ik ging het vragen bij de algemene infobalie maar daar kregen we te horen dat we dat van tevoren hadden moeten regelen. Jammer, verder zoeken. Binnen een rondje gelopen om te kijken of er ergens nog eentje stond maar dit was niet het geval. We hadden ruim de tijd ingepland en waren een aantal uur voor onze vlucht op het vliegveld en we hadden dus nog geen stress. We vragen het bij Norwegian Airlines (waar we mee vliegen) of ze een doos hebben. “Nee geen idee”. De vrouw was vrij kortaf en had geen idee hoe ze ons kon helpen. “Oké kak, wat nu?”

Ik ga het bij de speciale bagage vragen en Rick doet nog een rondje over het vliegveld. Mocht dit niet lukken, zoeken we een vuilnisman op om naar het oud papier te gaan en daar met losse dozen wat aan elkaar te plakken. Ik vraag het bij de speciale bagage van Norwegian maar daar zit een chagrijnige vrouw die het niet weet en ook geen andere suggesties heeft. Ik heb het best even geprobeerd bij de vrouw maar helaas geen succes. Na het gesprek kwam Rick terug met zowaar een doos die hij had gevonden. Eén van de twee dozen was binnen. Ik zie dat bij SAS, de concurrent van Norwegian, dat ze een kleine opslag hebben bij de speciale bagage met wat karton. Ik leg uit dat ik voor mijn fiets nog een doos nodig heb en vraag of ze er één hebben. Voor een tientje mag ik een doos hebben en omdat dit onze beste optie was, hebben we ervoor gekozen om het te doen.

We hebben nog genoeg tijd om alles in te pakken en om in te checken. Nog even een momentje van onrust, want er zit nog benzine in mijn tankje en dat mag waarschijnlijk niet mee in de doos. Ik besluit om hem leeg te gieten in het toilet maar terwijl de eerste klots de wc ingaat, ruik ik al meteen een sterke benzinegeur. Tegen de tijd dat het tankje leeg was en ik het toilet doorgespoeld had hing er in het hele mannentoilet een sterke benzinegeur. Snel het tankje in de doos gegooid en gelukkig niks meer over gehoord.

De chagrijnige vrouw bij de incheck van speciale bagage was vervangen door een andere vrouw. We vragen of we een aantal keer onze doos mogen wegen omdat deze 23 kilo mag wegen. “Ja maar natuurlijk mag dat, waar zijn jullie geweest en hebben jullie het leuk gehad?” Ah wat een opluchting, een aardige werkneemster van het vliegveld, heerlijk. Na een aantal keer wegen zij ze met een knipoog “gooi er maar wat extra in hoor ik keur ze toch wel goed”. Wat een wereldvrouw en dit was net even de positieve energie om de vakantie heerlijk mee af te sluiten. De dozen die uiteindelijk 25 a 26 kilo wegen, worden ingecheckt en we hebben rust.

We hebben twee weken goed voedzaam gegeten met veel rijst en pasta. Dit was erg lekker en het lukte nog best aardig om te variëren met groenten. We waren tevreden met hoe gezond we eigenlijk aten en nu hadden we zin in vette hap. We hebben nog tijd om nog een hapje te eten en we zijn beiden toe aan een dikke vette burger van de Burgerking. Na de burger doen we nog een veel te duur biertje op het vliegveld om de vakantie af te sluiten. We bespreken alle mooie herinneringen van de afgelopen twee weken, waarna we het vliegveld ingaan terug naar huis.

Over één ding waren we het tijdens het biertje meteen eens; dit is de mooiste vakantie die we ooit hebben gehad. Noorwegen is een onwijs mooi land qua natuur, voor ons beide het mooiste land dat we gezien hebben. Naast de mooie natuur komen de mooiste verhalen uiteindelijk van de mensen die we hebben ontmoet. Van het slapen langs een fjord in iemand zijn vissershutje, het gratis blikje monster en het midsummerfest. Man man man wat hebben we genoten.

post a comment